8.31.2007

Een paar korte dienstmededelingen

...omdat het niet altijd met een woordendiarree a la Lucske Vandenbrande moet gesteld worden.
  • Mensen vragen mij waarom ik zo weinig vertel over Yves Leterme - heb ik misschien niks te zeggen over hem? Integendeel, wees daar maar gerust in, maar ik heb principes en een van mijn principes is dat ik partijgenoten niet onder hun duiven schiet als ze in een precaire positie zitten. Maar, als ge even een minuut naar die serie slaapverwekkende toetsaanslagen kijkt die moet doorgaan voor zijn blog, snapt ge wel dat Yves het niet echt moet hebben van zijn spitse persoonlijkheid tijdens onderhandelingen.
  • Over dat kloefkapperke Vandenbrande gesproken: ik heb het om een of andere reden nooit hoog opgehad met Vlaamse Minister-Presidenten. Bekijk nu zo'n Kris Peeters: een voormalig fiscalist die jaren voor het NCMV, bond der zelfstandigen, heeft gewerkt (de beste dieven zijn vroegere flikken?) en gedurende de Grote CVP-winterslaap tijdens Paars zich heeft weten laten omhoogvallen tot in de hoogste cenakels van de partij. En die nu ongevraagd zijn mening ligt te ventileren over de huidige regeringsvorming. Ga terug wat foefelen met belastingsbrieven of zo, stukske verkreukelde zeemlapmarchand, en laat de grote mensen hun werk doen.
  • De mensen (...ik klink bijna gelijk een sos) vragen mij ook waarom ik niets schrijf over het Blok, terwijl dat toch een opmerkelijk fenomeen was dat tijdens mijn regeringen de mottige kop heeft opstoken. Ik kan u onmiddellijk gerust stellen: ik zit op een berg materiaal zo hoog als het ego van Mark Eyskens, maar ik moet het nog even opsparen. Teveel werk met de regeringsvorming, momenteel.

Diplomatie is oorlog

Diplomatie is oorlog. Alleen zijn de wapens die gebruikt worden van een heel ander allooi.

De meeste mensen hebben daar een verkeerd beeld van, zo'n regeringsonderhandelingen. Ze denken aan een groepje proper geklede politici die een paar dagen op een of ander kasteel rond een grote tafel zitten, urenlange besprekingen houdend met af en toe eens iemand die zijn stem verheft.

Neen, er zit zoveel meer achter. Diplomatie, en toponderhandelingen in het bijzonder, zijn een bikkelhard gevecht op leven en dood. Karaktermoorden worden gepleegd, psychologische terreur gezaaid. Het gaat 'm om overleven. Zorgen dat ge de laatste van de hoop zijt die nog enigszins helder kan nadenken en vervolgens uw eisen in het te ondertekenen akkoord kunt gieten zonder dat iemand het echt in de mot heeft.

Laat me eens bondig schetsen hoe ik dat indertijd aanpakte: om te beginnen kwam ik altijd minstens een uur te laat op de afspraak - niks beters om uw tegenstander van in het begin op zijn ongemak te stellen door hem nerveus zijn tijd te doen verprutsen. Ik koos mijn locatie voorts heel nauwgezet - zo'n ouwe kastelen als Hertoginnedal zijn perfect op hete zomerdagen (neem een afgesloten kamer waarin ge bijna stikt in de muffe lucht) of koude winterdagen (ge vriest er uit uw vel).

Ik excelleer in dit soort omgeving omdat ik een ongelooflijke fysiek heb en zowat alles kan verdragen, met uitzondering dan van de lijfgeur van Louis Michel. In geval van koude beschermt mijn gezonde vetlaag mij volkomen. En als het heet en wuft is, begin ik een ongelooflijk doordringende zweetgeur te verspreiden waar ik me zelf niks van aantrek maar die mijn disgenoten doorgaans groen en geel doet uitslaan. Mooi meegenomen!

Gedurende de onderhandelingen zelf zeg ik de eerste paar uur geen woord en doe amper moeite om zelfs maar te doen alsof ik aan het luisteren ben. Ik neem een gazet of boekske mee dat ik onder de tafel kan lezen. Ik laat de zaken zo een hele tijd aanmodderen en op een bepaald moment verzoek ik het avondmaal te laten aanvoeren - bij voorkeur het vetste en zwaarste voer dat ge u kunt inbeelden: dikke entrecotes druipend van het vet, met daarbij emmers frieten, overgoten door beken mayonaise. Zwarte pensen met stoemp. Ajuinensoep met spek. Uit ervaring weet ik dat de meeste sossen en groenen hier absoluut niet tegen kunnen - ge moet zo'n Frank Vandenbroucke eens bleek zien wegtrekken als hij zich dat allemaal voorgeschoteld ziet worden!

Terwijl de helft van de ploeg een indigestie heeft of op de toiletten zit doe ik mijn best de sfeer nog verder te verpesten door aan de lopende band krachtige oprispingen te lanceren. De volgende dag volg ik min of meer hetzelfde scenario, alleen heb ik een secondant instructies gegeven om ergens vlakbij de buitenmuren van het gebouw een ploeg wegenwerkers urenlang met drilboren van katoen te laten geven.

Na een derde dag meer van hetzelfde is driekwart van de onderhandelaars onschadelijk gemaakt - de nieuwelingen in de ploeg, vele sossen, zowat alle groenen, een handvol liberalen die misschien al wat met de gezondheid aan het sukkelen waren... enkel de harde kern vertoont dan nog enige weerstand. Op zo'n moment schakel ik een 'partner in crime' in - een medestander met wie ik de grote lijnen van het gewenste eindakkoord al op voorhand had afgesproken. In mijn geval was dat meestal Louis Tobback. Die laat ik het dan op een brullen, roepen en tieren zetten dat het geen naam heeft. Een uur of twee later pleeg ik dan een heel rustige en beschaafde interventie (good cop / bad cop, weet u wel) en op dat moment verzeker ik u dat ik van mijn gesprekspartners zowat alles gedaan krijg. Ik wed u dat ik ze dan hun moeder kan laten verkopen, als het hen maar zou toelaten spoorslags dat vermaledijde kasteel te verlaten.

Dat is in het kort het geheim van mijn legendarische successen als onderhandelaar. Waarom ik dat hier allemaal aan de klok kom hangen?

Wel, ik vertelde eerder al dat de Rompuy, ofte de Scheve Palingvisser, een van de weinige politici is waar ik ooit schrik van heb gehad. Die mens is in staat u zo diep te vernederen dat ge uw eigen vrouw en kinderen niet meer onder ogen durft komen. Ik geloof dat hij als jong ventje op school serieus is gepest geweest, maar anders dan de meeste gevallen was hij gebiologeerd door het gedrag van zijn pestkoppen, dat hij intens observeerde en absorbeerde. Toen zijn superieur intellect zich later verder heeft ontwikkeld, moet zijn brein dat kinderlijke potentieel tot het begaan van intense psychologische wreedheden ergens permanent hebben opgeslagen, en kan hij dat nu nog naar believen emaneren en in zijn voordeel aanwenden.

Ik wil maar zeggen dat nu de Scheve Palingvisser de touwtjes in handen heeft, de onderhandelingen eindelijk plezant lijken te gaan worden. Ik hoop voor Joelle en Didier dat ze de laatste dagen goed hebben kunnen uitslapen!

8.30.2007

Le Roi et les Femmes

Berre krijgt in de pers onder zijn royale voeten omdat hij zogezegd geen vrouwelijke ministers van staat heeft uitgenodigd om hem advies-gewijs bij te staan.

Ik weet, ge moogt de Kroon niet ontbloten, maar het is crisis, en ik wil mijn steentje bijdragen om zoveel mogelijk misverstanden die de sfeer momenteel verzuren te ontmijnen - en ik kon altijd enorm goed overweg met Berre (dat was iets anders met dat ijskonijn Bobo indertijd, die kon mij blijkbaar echt niet rieken), dus hij zal het mij wel vergeven als ik hier een en ander verduidelijk.

Laat ons eerst even wel wezen: de Koning ziet de andere sekse graag - en dat is een understatement van het kaliber "Bart De Wever en Olivier Mangain hebben zich niet goed geamuseerd samen tijdens hun intieme tete-a-tete". Onze Vorst heeft zich dan nog redelijk goed ingehouden sinds hij de eedaflegging heeft gepreveld, toen hij nog prins was daarentegen... amaai. Pas op, denk nu niet dat hij zich als een machozwijn of zo gedraagt, neen, die mens koestert een diep, oprecht en waarachtig respect voor vrouwen - behalve misschien voor Fabiola, maar dat die kwezelfeeks un cas special is neemt u graag van mij aan mag ik hopen.

Zeg zelf, de Kroon is voortdurend omringd door vrouwen, hij heeft drie of vier dochters - al naargelang het bureau dat de telling doet - twee charmante schoondochters, een hoop schattige kleinkindjes, en ik kan zo maar doorgaan.

Waarom dan geen vrouwelijke Ministers van Staat of andere politieke coryfeeen met soutien-gorge op de koffie ontvangen? Ik wil nu mijn betoog even pauzeren en er u op wijzen dat ge dit in de pers gelezen hebt, gepresenteerd als betrof het een feit en dat het hele verhaaltje geinstigeerd werd door een drietal dames: Miet Smet, gediplomeerde zagetrees (vraag het maar aan Wilfried), Annemie Neyts, een wicht dat zelfs moest ze juist de grote pot in de lotto gewonnen hebben nog met een verongelijkte pruilsmoel zou rondlopen, en Marie-Antoinette Spaak, een ik moet het toegeven kranige taart, maar laat ons nu even serieus wezen (en met zo'n voornaam hoort ge eerder in de achttiende eeuw thuis).

Wat als ik u nu eens zou zeggen dat het verhaaltje helemaal niet waar is? Dat Berre wel degelijk een stoet politici met dubbel X chromosoom heeft uitgehoord? Hebt ge Laurette in de pers haar beklag horen doen? Fientje Moerman? Freya? Enfin, zelfs een half-militante ex-suffragette als Magda Aelvoet houdt zich koest.

Waarom hebt ge daar dan niks over vernomen, hoor ik u verzuchten. Heel eenvoudig: Berre's betere helft. Paola.

Paola is jaloers - jaloers als de pest. En zo achterdochtig als de controleur die de belastingsbrief van Jean-Marie Dedecker moet doorlezen. Ge kunt haar niet echt ongelijk geven trouwens, en met haar zuiders temperament mag het een mirakel wezen dat die twee nog samen zijn. Ik heb het misschien al gezegd, net na de eedaflegging beloofde Berre zijn leven te beteren, hij is toen letterlijk voor Paola op de knieen gevallen - ontroerend toch na al die jaren nog zo'n blijk van oprechte affectie te zien tussen hen beiden. Hij heeft zijn belofte overigens redelijk goed weten na te houden, maar sommige prive-audienties die Berre uit hoofde van zijn job moest voeren hebben voor serieus wat spanning gezorgd... ik herinner mij die keer dat Lauretje op bezoek was en miljaar nog aan toe, dat kasteel was toen te klein voor twee.

Dus heeft de Koning op een bepaald moment besloten vrouwelijke politici in alle discretie te ontvangen (behalve misschien de lelijkste onder hen) - Van Ypersmeersel de Spirou staat dan op de uitkijk en wanneer Paola even niet kijkt of op het toilet zit smokkelt hij de dames binnen, Berre roept iets van 'Chichou, ik ga mij buiten een halfuurtje met staatszaken bezighouden' en ze trekken naar de verste uithoek van de tuin van Laken om hun ding te doen.

Dat is dus wat er aan de hand is, niet wat die onnozelaars in de gazet u proberen doen geloven.

8.29.2007

De Pezenwever

Ik ben allesbehalve van plan schoonmoeder te gaan spelen voor de Rompuy - ik hou mij momenteel gedeisd achter de coulissen - maar ik kan toch niet nalaten hem (en Yves) een paar woorden advies te geven.

Daarvoor wil ik even teruggaan in onze politieke geschiedenis en het hebben over de roomsrode onderhandelingen ten tijde van mijn 'honderd dagen'. Ik kon zoals algemeen geweten geweldig goed overweg met Louis Tobback - het 'Ossenspan' zoals ze ons noemden. Louis en ikzelf bulldozerden ons doorheen alle problemen en wij waren er alletwee honderd procent van overtuigd dat roomsrood de finale coalitie moest en zou zijn. We zaten toen evenwel (ook dan al, inderdaad) geweldig in de puree met de Walenkoppen, in het bijzonder de PS.

En wat deden wij? We zorgden ervoor dat tijdens alle onderhandelingen, elke vergadering, gedurende het minste half-serieus lunchgesprek de Pezenwever mee aan tafel zat - dat is iets dat Hugo De Ridder u nooit zal verteld hebben maar het was wel degelijk het geval, en het is de sleutel tot ons succes geweest.

De Pezenwever is natuurlijk niemand minder dan Herman De Croo - Louis noemde hem zo omwille van zijn gelakte snor, fijn brilleke en altijd zwart geverfde haarlokken. Pas op, Louis bedoelde daar niks inhoudelijks of verkeerds mee - Herman was trouwens de enige liberaal die hij kon uitstaan. En de pers en media kan nu misschien wel om De Croo lachen, dat hij maar een halve Vlaming is, zichzelf altijd en overal uitnodigt, volgens Tom Lanoye (een schrijfselproducent die ik wel kan apprecieren, zelfs al houdt hij er bepaald onchristelijke gewoonten op na) behorend tot 'een blik oude knarren dat de vorst opengetrokken heeft'.

Het punt is evenwel dat de Pezenwever een 'force de nature' was en is - hij spreekt in alle talen wel een paar woorden, kent god en klein pierke bij naam en voornaam - en ik heb het niet louter over la Belgique, ik spreek over de wereld! Nu nog, als George Herbert Walker Bush, Bill Clinton of Vladimir Putin toevallig eens het Belgische luchtruim aan het overvliegen zijn, is het eerste dat ze doen de Pezenwever opbellen - dat heeft misschien meer te maken met het feit dat Hermans domein in Brakel het stukske Belgie is dat het meest gelijkt op een deftig golfterrein met daarnaast ook een aanpalend zwembad en manege, maar soit, ze draaien toch maar zijn nummer.

Maar dat verklaart nog niet waarom wij De Croo altijd uitnodigden tijdens die regeringsvorming. Simpel: de enige Belg die indertijd de Pezenwever niet kon uitstaan was Guy Spitaels. Dieu, die normaal nooit van zijn sokken te blazen was tijdens onderhandelingen werd fysiek onwel als hij zich te dicht bij De Croo bevond - ge moest die vent, normaal een ijzige sfinks, zien zweten, zuchten en steunen - vrezend dat wij de sossen ten langen leste nog zouden wippen voor de liberalen. De kwestie Happart was in een handomdraai opgelost.

Er was natuurlijk nooit sprake van dat wij met de liberalen in zee zouden gaan, zelfs een tripartite kwam niet eens op in onze wildste fantasieen. Waarom speelde de Pezenwever dan mee met ons spelletje om Spitaels eronder te krijgen, hoor ik u vragen? Wel, zoals gezegd, onderschat Herman nooit - hij is een meester in dienstbetoon en een magistraal onderhandelaar. Hoe denkt ge is hij kamervoorzitter geworden?

Waar wil ik met dit lange verhaal heen, hoor ik u verzuchten? Wel, mijn advies aan de Rompuy en Yves is: nodig eens een Pezenwever uit. Figuurlijk - niet per se Herman zelf natuurlijk. Onderzoek wie klein gekregen moet worden. Nogal duidelijk in dit geval: Joelle. Zoek vervolgens een Franstalige sos die door Joelle niet uitgestaan wordt en sleur die er overal bij - ze zal schrik krijgen dat het menens is met de geruchten over asymmetrische coalities en wees er gerust in dat ze er niet samen met de rest van het CDH uit geflikkerd wilt worden - ze ziet zichzelf reeds als minister van sociale zaken of zoiets, zijt daar maar zeker van. Het klusje zal dan rap geklaard zijn. Ik geloof dat Michel Daerden overlaatst met zijn zatte botten in Joelles gat geknepen heeft... dat is misschien een goed startpunt.

De Scheve Palingvisser

Enfin, Berre heeft dus de fakkel - of moet ik eerder zeggen hete kastanje - doorgespeeld aan de Rompuy.

In mijn hoogdagen bij de CVP had ik maar van twee dingen schrik: te laat komen voor het avondeten bij Celie, en de Rompuy - ik bedoel uiteraard Herman, niet Eric, dat flauw stuk leren vest poseurke. Ik heb dus altijd enorm veel respect gehad voor de Rompuy: zijn intellect is legendarisch, vele ordegrootten het mijne overtreffende, en hij kan uit een ongelooflijke collectie Franse citaten en literaire referenties putten om elkeen terstond op zijn plaats te zetten.

Maar persoonlijk heeft het altijd een beetje gewrongen tussen ons - dat is ondertussen allemaal vergeven en vergeten, maar ik wil het toch aanhalen om een punt te maken. De Rompuy stond in mijn regeringen bekend als de 'Scheve Palingvisser' - ik kreeg namelijk in de mot dat er altijd een scheef trekske om zijn mond tevoorschijn kwam als hij iemand grondig aan het coujonneren was, vandaar.

De Scheve Palingvisser was natuurlijk in zijn hoedanigheid van minister van Begroting de eerste boekhouder van de natie - maar daarnaast hield hij er ook een ander boekske op na (Leo was altijd zijn kameraad, misschien dat hij het van hem geleerd heeft): een boekske waarin hij nauwgezet bijhield wie met wie of wat onchristelijke dingen aan het doen was - Wilfried en Johan kunnen ervan meespreken. Hij bouwde zo een encyclopedie aan strategisch nuttige informatie op - dit was lang voor al dat geblog populair werd, waardoor zowat iedereen het interweb kan afschuimen om allerhande rommel op te rakelen.

Maar toen was hij dus enorm gevreesd - ikzelf heb nooit scheve schaatsen gereden op laat ons zeggen het amoureuze vlak, maar ook ik kende mijn zwakke momenten - bijvoorbeeld sprong ik wel eens Comme Chez Soi binnen om een paar filet mignons binnen te spelen terwijl ik eigenlijk verwacht werd bij Celie, die periode dat ze een grote fan was van pastaschotels (ik moet dat Italiaans voer niet zo, het vult niet al te goed). En de Rompuy wist dat soort weetjes altijd te gebruiken om iets gedaan te krijgen.

Ik ga dus de TV-beelden en de foto's in de gazetten goed in de gaten houden - als ik het scheve trekske om zijn mond zie, weet ik dat hij Joelle of Didier een goei peer gestoven heeft, en dat Yves of ikzelf waarschijnlijk weer het veld gaan inkunnen.

Quid, quo, quomodo, NVA?

Een van de redenen dat zo'n weblog volschrijven nuttig kan zijn is om duidelijkheid te scheppen. Bart De Wever kan de volgende keer als er een storm in een glas water losbarst hier zelf komen lezen wat er precies aan de hand was, in plaats van te moeten afgaan op het amechtig gejeremieer van een of andere zelfverklaarde 'opiniemaker' waarna ik per GSM alles mooi kan komen uitleggen.

Pas op, ik heb het eigenlijk wel voor Bart De Wever. Niet om politieke redenen, laat dat duidelijk zijn, ik ben niet bepaald een hevig flamingant - als de staat Belgie niet bestaan had zouden ze hem moeten uitvinden hebben - een onontbeerlijk democratisch proefbuislabo dat uitermate nuttig is gebleken voor onder meer de vorming van de Europese Unie - hoe anders zou de mensheid een complexe samenleving hebben kunnen leren besturen door middel van elfendertig verschillende executieves en parlementen?

Maar goed, terug naar De Wever, die ik zoals gezegd wel kan smaken... niet in het minst omdat wij een - het mag toch gezegd worden - gezellig vette pens gemeen hebben. Gezette mensen zijn extraverter, opener en veel aangenamer in de omgang dan de gemiddelde bonenstaak-variant. Een uitdeinende taille getuigt van het weten genieten van het leven. Nu ik eraan denk, de smalste types die ik ken betreffen doorgaans socialisten... Di Rupo, de Lanotte, Janssens, en zo'n Vandenbroucke die toch wel de kroon spant - het verbaast me niet dat uitgerekend die calvinistische binnenfretter die valiezen bankbiljetten indertijd in de fik heeft gestoken... een of andere socioloog zou zich beter nuttig maken en hierover eens een studie maken.

Ik dwaal echter opnieuw af en in plaats van uit te weiden over Barts bourgondische natuur wil ik het nu eerder hebben over de kwestie met mijn nota. Bart De Wever komt soms nogal brutaal uit de hoek en ook dat is een eigenschap die ik weet te apprecieren. Hij is echter, en dat zeg ik met alle respect, tegelijk nog slechts een broekventje in de politiek. Tijdens formatiegesprekken staren Franstalige onderhandelaars hem zo'n beetje aan als een koe die naar een trein kijkt. Licht meewarig en niet goed begrijpend wat hij daar aan het doen is. Als Bart het dan eens op zijn heupen krijgt en iets begint te roepen van 'Milquet, trut, ge gaat dit slikken of anders is het fini met Belgique en apres nous le deluge!' dan lachen Joelle en Didier even fijntjes, fluisteren mij iets toe als 'Hein Jean-Luc, ce gars n'est pas mal, ou avez vous le trouve?' en negeren hem verder straal gedurende de rest van de avond. Bart krijgt het dan zo op zijn zenuwen dat Yves of ikzelf hem langs de achterdeur moeten afvoeren en kalmeren - recht voor de raap zijn is 1 ding, gericht zijn op resultaten een ander. Hij zal het ongetwijfeld nog leren, hij moet wat eelt op de ziel krijgen, zo gaat dat, ik heb het tientallen keren eerder gezien.

Dat, beste lezers, is mijn eerder omslachtige manier om de twee woorden 'Quid NVA?' op mijn ondertussen beruchte nota te verklaren - wat aan te vangen met de NVA onderhandelaars - meer bepaald met Bart - sturen we hem naar De Vadder voor een paar sessies communicatietraining - laten we Jef Valkeniers hem wat beta-blokkers voorschrijven om zich kalmer te kunnen houden tijdens de beraadslagingen, sleuren we misschien Bourgeois erbij, dat schijnt toch een redelijk stoicijnse vent waar Bart wel iets van kan opsteken?

Yves en ikzelf denken er nog geeneens aan het kartel in vraag te stellen, dat kattebelletje op mijn nota diende enkel om mezelf eraan te herinneren dat we iets moesten doen aan Barts opvliegendheid. En als die fotoklojograaf mijn nota niet in het publiek had gegooid zou ik deze lange uitleg hier nooit hebben moeten liggen intokkelen, had ik geen vol uur mijn GSM aan mijn kop moeten hebben hangen en konden we een en ander in alle discretie aanpakken. Verrekte palingvissers.

De Dienstnota

Het is nu - excuseer mijn Frans - godverhierenginder genoeg geweest. Het journaille is zonet een stap te ver gegaan, wat zeg ik, ze hebben een grens overschreden.

Het moet geleden zijn van toen ze in het geniep in Leo's Atoma-boekskes hebben liggen snuffelen dat ze nog zo laag zijn gevallen om hun visverpakpapier vol te kunnen scribbelen. Van achter mijn rug met zo'n overgroeide Kodak prentjes liggen schieten van mijn paperassen...

Vanaf nu geef ik ze geeneens een 'geen commentaar' meer - het enige dat nog uit mijn mond gaat komen als ik aangesproken word door een vertegenwoordiger van de pers zal een welgemikte rochel richting diens journalistieke smoelwerk zijn.

Over Leo gesproken... hoewel ik niet bepaald diens grootste fan ben heb ik altijd met interesse gevolgd hoe hij via zijn weblog de media en het publiek heeft weten bespelen. Van Atoma tot de wereldwijde Internets, de Leo is altijd wel mee met zijn tijd. En enfin, zelfs Geweerkolf Ananas komt als een min of meer redelijke en erudiete vent over als ge zijn interweb schrijfsels tot u neemt.

Het is voor mij dan ook het juiste moment meen ik om zelf met zo'n internet dagboekske te beginnen - ik vraag zonodig onzen Tom om wat praktische hulp. Wat ik te zeggen heb, zal ik voortaan hier - en enkel hier - komen zeggen.

Dus voor de Hugo De Ridders onder u: rot op, vanaf nu kunt ge een andere pipo zijn woorden proberen verdraaien. Ik heb jullie niet meer nodig om politieke geschiedenis te maken - toekomstige generaties zullen gewoon dit hier kunnen loslaten op bovenstaand internetstek adres om te leren hoe de vork aan de steel zat.